Wedden op voetbal | Wedtips | Toto Tips | Wk Voetbal 2010

Wedden op Eredivisie, Jupiler League, WK Voetbal, Wednieuws, Toto tips, Wedtips

Posts Tagged ‘Wedden Tour de France’

Gokken Tour de France Etappe 21 Parijs

Posted by wedden op 25/07/2009

Jammer.. De tour is alweer afgelopen. Nuja, bijna! Want we hebben nog een etappe te gaan en die gaat richting de Champs Elysees in Parijs. De etappe der etappes! En wij als wedders zitten eigenlijk al dagen te wachten op deze etappe. Want hier kan het grote geld worden binnengesleept natuurlijk. Cavendish is oppersterk en is ook nu de favoriet voor de eindzege. Maar waar wed jij op bij de Bookmakers Etappe 21.

Posted in Wedden Tour de France | Getagd: , , , , , , , , , , , , , , , , , , | Leave a Comment »

Wedden ploegentijdrit

Posted by wedden op 07/07/2009

Vandaag vind de 4de etappe van de tour plaats. Natuurlijk kan daar ook weer op gewed worden. Astana is de grote favoriet momenteel bij de bookmakers met 2x je inleg. Rabobank volgt op grote afstand met een notering van 30/1. Inzetten kan bij o.a. Unibet.

Posted in wedden wielrennen | Getagd: , , , , , | Leave a Comment »

Gokken op Tour 2009

Posted by wedden op 14/06/2009

Op 4 juli begint de Tour De France dit jaar in Monaco. De mannen van Unibet hebben hun huiswerk al gedaan. Er kan al worden ingezet. De grote favoriet in hun ogen is Alberto Contador. Met een quote van slechts 1,85 dichten zij de man een coinflipje op de overwinning toe. Voor meer info en de andere noteringen kan je terecht bij Wedden Tour de France

Posted in Wedden Tour de France | Getagd: , , , , , , , , , , , , , , , | Leave a Comment »

Ronde van Frankrijk 2009

Posted by wedden op 14/01/2009

Lance “The Boss” Armstrong kondigde aan dat hij opnieuw de Tour de France wil winnen. De Amerikaan brak eerder alle records door de Ronde 7x op rij te winnen. Wat denkt u, krijgt hij het voor een 8e maal voor mekaar?

Posted in Wedden Tour de France | Getagd: , , , , , , , , , , , , , , | Leave a Comment »

Tour de France 2009

Posted by wedden op 15/12/2008

De renners zullen in de Tour de France van 2009 zeven bergritten voorgeschoteld krijgen en drie tijdritten. Eén van die tijdritten is de ploegentijdrit die voor het eerst sinds vier jaar weer op het programma staat. De Tour zal waarschijnlijk pas beslist worden op de op één na laatste dag als de renners de Mont Ventoux moeten beklimmen. De totate afstand die de renners in de Tour de France 2009 zullen moeten afleggen is 3405 kilometer.
De beklimming van de Mont Ventoux op de voorlaatste dag is toch wel één van de onthullingen die woensdag tijdens presentatie van de route van de Tour de France 2009 in Parijs bekend werd gemaakt. Drie bergenritten zullen plaatsvinden in de Pyreneeën, waarvan één met een aankomst in het vorstendom van Andorra. Er zal ook een drietal bergetappes gereden worden in de Alpen met finishplaatsen inhet Zwitserse Verbier, in Bourg-Saint-Maurice en Grand-Bornand.

Tour de France 2009

Posted in Wedden Tour de France | Getagd: , , , , , , , , , , , , , , , | Leave a Comment »

Voorbeschouwing Etappe 21: PARIS!

Posted by wedden op 27/07/2008

Na een flinke verplaatsing van bijna 200km kunnen de overgebleven renners zich opmaken voor de traditionele grappen en grollen op weg naar Parijs, gevolgd door het spektakel op de beroemde Champs-Élysées in het centrum van de lichtstad.

Deze slotrit wordt volledig verreden in de hoofdstedelijke regio Île-de-France, met zo’n 11.5 miljoen inwoners de met afstand meest en dichtst bevolkte regio van Frankrijk. Het is ontstaan als het Pays de France dat in de 10e eeuw het persoonlijke domein van de Franse koning rondom Parijs was, in 1387 werd de naam veranderd omdat het woord ‘pays’ (land) inmiddels meer de lading had gekregen van natie dan gebied en de Franse natie uiteraard veel groter was dan slechts het gebied rondom de hoofdstad, de naam slaat op het “eiland” dat omsloten wordt door de rivieren Seine, Oise, Marne en Ourcq. In de Franse revolutie werd Île-de-France opgedeeld in departementen en zou de naam verdwijnen, tot de in 1961 gecreëerde regio “Région Parisienne” weer de historische naam kreeg in 1976.
Renners uit de regio die in deze Tour rijden zijn David Moncoutié (Cofidis), Christophe Riblon (AG2R) en Sandy Casar (Francaise des Jeux). Met zeven Tourwinnaars die bij elkaar negen keer de Grande Boucle op hun naam schrijven is het de best bedeelde regio van Frankrijk, niet gek met zoveel meer inwoners, wel opvallend dat slechts één van dit stel de Tour na de oorlog won. De zeven zijn: Louis Trousselier (1905), René Pottier (1906), Octave Lapize (1910), Henri Pellissier (1923), André Leducq (1930 & 1932), Georges Speicher (1933) en Laurent Fignon (1983 & 1984). De enige echte Parisiens van dit stel zijn Pellissier, Speicher en natuurlijk Laurent Fignon.

Lees de volledige voorbeschouwing

Tot volgend jaar!

Posted in Wedden Tour de France | Getagd: , , , , , , , , , , | Leave a Comment »

Kanshebbers Tijdrit Tour 2008

Posted by wedden op 25/07/2008

Carlos Sastre, Cadel Evans, een verschil van 1’34 en 53 kilometer. De ASO krijgt haar gedroomde allesbeslissende tijdrit op de voorlaatste dag van de Ronde.

De renners vertrekken van het schavot in Cérilly, een dorpje met zo’n 1.500 inwoners 35km ten noordoosten van Montluçon in het departement Allier en de regio Auvergne. Het is gesticht in de 11e eeuw en is door de eeuwen van weinig belang geweest, al staat er een monumentale kerk uit het begin van de 12e eeuw opgetrokken in de Romaanse stijl, de église Saint Martin. Het plaatsje is vooral bekend vanwege haar beroemdste zoon François Peron (1775), een bioloog die aan het begin van de 19e eeuw naar Australië en Tasmanië trok waar hij de inheemse Aborigines bestudeerde. Bij terugkeer in Frankrijk schreef hij de werken “Voyage de découvertes aux Terres Australes” en “Les éstablissements anglais à la Nouvelle Hollande” (Australië heette vroeger Nieuw Holland), in deze werken beschreef hij zijn werkzaamheden als antropologie waarmee hij de naamgever en vader van deze wetenschap zou worden. Veel meer kon hij niet betekenen voor de wetenschap, want hij overleed al op 35 jarige leeftijd aan tuberculose. De bedrijvigheid in het dorpje spitst zich vooral toe op de veeteelt en bosbouw, het eikenhout uit het nabije Tronçais woud wordt met name gebruikt voor het maken van wijnvaten.
Er komen geen bekende renners uit de streek en het is pas de eerste keer dat de Tour in Cérilly komt, wel startte de etappe naar Super-Besse in de Tour de l’Avenir van vorig jaar hier. De Italiaan Dario Cataldo zou de rit winnen voor Bauke Mollema die het geel greep en deze Ronde van de Toekomst ook op zijn naam zou schrijven.

Lees de volledige voorbeschouwing!

https://i0.wp.com/www.wegmetdefiets.be/upload/images/velonews_tijdrit_full.jpg

Posted in Wedden Tour de France | Getagd: , , , , , , , , , , , , | Leave a Comment »

Kanshebbers Etappe 19 tour 2008

Posted by wedden op 24/07/2008

Met enkel de tijdrit en de slotrit naar Parijs voor de boeg kunnen de aanvallers nog één keer proberen voor een ritzege te gaan.

Het peloton vertrekt vanuit Roanne, een stad met ongeveer 40.000 inwoners dat net als het 70km zuidelijker gelegen Saint-Étienne in het departement Loire van de regio Rhone-Alpes ligt. Roanne ligt aan de Loire, vlakbij de grens met zowel de Auvergne als Bourgondië. Het is in de 2e eeuw voor Christus door de Gallische Segusiavi-stam gesticht als Rod-Onna (“stromend water”), de Romeinen noemden het Roidumna. Nadat de Romeinen vertrokken is het stadje waarschijnlijke enkele eeuwen verlaten, tot het in de 12e eeuw weer in de geschiedenisboeken opduikt als het Château de Roanne gebouwd wordt, dit kasteel staat nog altijd overeind en is het gezicht van de stad. In de 18e eeuw groeit het stadje snel uit tot een van de belangrijkste aan de Loire, ook omdat het vlak bij het Canal de Briare lag dat de Loire verbond met de Seine en dus Parijs. De steenkool uit Saint-Étienne die verscheept werd via Roanne naar Parijs en ook Orleans (12 miljoen ton per jaar op haar hoogtepunt) leverde veel bedrijvigheid op en in de stad zelf groeide de textielindustrie, aan het einde van de 18e eeuw was de haven van Roanne uitgegroeid tot de op één na grootste binnenhaven van Frankrijk. Met het sluiten van de mijnen en de opkomst van vrachtwagens verliest de haven haar functie en in 1992 wordt het definitief gesloten voor industriële activiteiten, tegenwoordig wordt het alleen nog gebruikt voor de pleziervaart. De textielindustrie is tegenwoordig nog steeds belangrijk, maar sinds 1973 is het vooral de wapenindustrie dat de klok slaat. Het staatsbedrijf Nexter (voorheen GIAT) ontwikkeld hier moderne wapens, tanks en en andere militaire voertuigen voor het Franse leger. Ook autofabrikant Citroën had hier een, inmiddels gesloten, fabriek. Het zeer exclusieve restaurant La Maison Troisgros staat in Frankrijk bekend als één van de beste in het land. De belangrijkste sportclubs van de stad zijn de basketbalclub La Chorale de Roanne (Frans kampioen 1959, 2007) en de rugbyclub Roanne XIII (Frans kampioen 1938, 1947, 1948 en 1960), La Chorale is een topclub in Frankrijk terwijl Roanne XIII inmiddels is afgezakt naar de 2e divisie van het Franse rugby. De bekendste personen uit Roanne zijn de edelman Jean-Baptiste Nompère de Champagny (bekleedde verschillende hoge functies onder Napoleon), de in 1997 overleden zangeres Monique Serf (artiestennaam Barbara), de regisseur Jean-Pierre Jeunet (oa. Alien: Resurrection en het voor 5 oscar’s genomineerde Amélie) en de judoka Anne-Sophie Mondière (Europees kampioene +78kg in 2006, 2007, 2008 en één van de concurrentes van Carola Uilenhoed in Peking).

https://i0.wp.com/www.nos.nl/nosstudiosport/images/mentsjov_378_tcm45-319163.jpg

Het is pas de eerste keer dat de Tour in Roanne komt, maar in zowel Paris-Nice als de Dauphiné Libéré komen ze er regelmatig. Zoals in 2003 toen Leon van Bon er de 3e etappe van Paris-Nice won door zijn medevluchter Thomas Ziegler te verslaan of in 2005 toen Santiago Botero er de lange tijdrit van de Dauphiné op zijn naam schreef. Ook wordt jaarlijks in en rond de stad de Tour du Pays Roannais verreden, een belangrijke amateurkoers in Frankrijk. Wielrenners uit de streek zijn oa. Frédéric Saillot (2e Paris-Tours 1908, Victor Dupré (wereldkampioen sprint 1909) en Joseph Normand (won veel kleine koersjes jaren ’20 maar greep steeds net naast een Tour etappe).

Lees de rest van de voorbeschouwing

Posted in Wedden Tour de France | Getagd: , , , , , , , , , , | Leave a Comment »

Voorbeschouwing Etappe 18 Tour 2008

Posted by wedden op 23/07/2008

De echte bergen zijn achter de rug, maar voor de allesbeslissende tijdrit van zaterdag moeten eerst nog twee niet te onderschatten overgangsritten gereden worden.

Deze hele rit wordt gereden in de regio Rhône-Alpes (Occitaans: Ròse Aups) dat iets groter dan Nederland is en ruim 5.5 miljoen inwoners heeft, daarmee is het zowel in oppervlakte (na Midi-Pyrénées) als populatie (na Île-de-France) de 2e regio van Frankrijk. De hoofdstad is Lyon (470.000), andere grote steden zijn Saint-Étienne (180.000), Grenoble (160.000) en Villeurbanne (135.000).
De regio is zonder veel fantasie vernoemd naar de Rhône rivier en de Alpen, hoewel de Rhône in Zwitserland ontspringt begint de Loire, de grootste rivier van Frankrijk, wel in deze regio. Naast de Alpen bestrijken ook het Centraal Massief en Juragebergte een gedeelte van de regio dat in historische zin voor het grootste deel altijd tot de Frankische en Franse koninkrijken behoorde, slechts het departement Savoie behoorde tot het hertogdom Savoie en in het zuiden lag het graafschap Viennois, beter bekend als de Dauphiné dat in 1349 overging op de Franse kroon.
Slechts één Tourwinnaar komt uit deze regio: Roger Pingeon (1967). In deze Tour rijden drie man mee, waaronder twee ritwinaars: Samuel Dumoulin (Cofidis) en Cyril Dessel (AG2R), Dessel’s ploegmaat Hubert Dupont komt hier ook vandaan.

Lees de volledige voorbeschouwing op Wedden-op-Sport.com.

Posted in Wedden Tour de France | Getagd: , , , , , , , , | Leave a Comment »

Voorbeschouwing Etappe 16

Posted by wedden op 21/07/2008

Etappe 16: Cuneo – Jausiers (157km)

Na een welverdiende rustdag wordt Italië alweer verlaten om via twee enorme Alpenreuzen én het dak van de ronde terug naar Frankrijk te fietsen.

De start ligt echter nog in het Italiaanse Cuneo, deze ongeveer 55.000 inwoners tellende hoofdstad van de gelijknamige provincie ligt ongeveer 90km ten zuidwesten van Turijn en is de 6e stad van Piemonte. Het is een, voor Italiaanse begrippen, vrij jonge stad dat in 1198 gesticht werd door de markies van Monferrato tussen de Gesso en de Stura. Deze rivieren snijden elkaar diagonaal ten noorden van de stad dat hierdoor in een soort hoek ligt, de naam verwijst hier ook naar en betekend letterlijk vertaald wig.
In 1210 werd het veroverd door de markies van Saluzzo, de lokale bevolking verkreeg met hulp van de hertogen van Milaan in 1238 hun onafhankelijkheid maar werden in 1259 alweer overwonnen door het (Franse) graafschap Provence, tot het vanaf 1382 tot het hertogdom van Savoie zou gaan behoren dat een groot deel van de bergachtige Frans-Italiaanse grensstreek in handen had, Cuneo groeide snel uit tot één van de belangrijkste steden in het zuiden van Savoie vanwege de gunstige ligging aan de beide rivieren en als eerste stad van betekenis aan de Italiaanse kant van de zuidelijke Alpen. Ook nu nog is Cuneo een belangrijk verkeersknooppunt waar vrijwel alle grenspassen in dit gedeelte van de Alpen op aansluiten, zoals de Tenda, Maddalena (Fr: Larche), Lombarda en Agnello. Aan het centrale plein Piazza Galimberti staat de Santa Maria del Bosco kathedraal, gebouwd in de 2e helft van de 17e eeuw als een gewone kerk maar bij de installatie van het bisdom Cuneo in 1871 tot kathedraal gepromoveerd. Tegenwoordig staat de stad vooral bekend om de “Cuneesi”, met rum gevulde chocolaatjes. De mensen uit de stad worden eveneens Cuneesi genoemd, de bekendste zijn Giuseppe Peano (19e eeuwse wiskundige), Michele Ferrero (oprichter en eigenaar van het bedrijf Ferrero, bekend van merken als Nutella, Kinder en TicTac) en Flavio Briatore (de flamboyante eigenaar van het Formule 1 team Renault). Op sportgebied is vooral de volleybalclub Piemonte Cuneo Volley succesvol (4x bekerwinnaar en 2x winnaar van zowel de CEV Top Team Cup als de CEV Cup, de kleinere Europese bekertoernooien).
Al te bekende renners komen er niet uit deze streek die voor het eerst de Tour mag verwelkomen, wel was Cuneo 10x een aankomstplaats in de Giro met zowaar ook Nederlander op de erelijst: Cees Lute won er in 1964. De laatste aankomst dateert van 1998 toen Mariano Piccoli de beste was.

Terug in Frankrijk finisht deze etappe in Jausiers, met iets meer dan 1.000 inwoners de kleinste plaats die dit jaar de Tour mag verwelkomen. Het ligt in het departement Alpes-de-Haute-Provence van de regio Provence-Alpes-Côte d’Azur, ongeveer 25km ten oosten van Embrun waar de rit naar Prato Nevoso begon en ook de volgende etappe naar Alpe d’Huez zal starten. Jausiers komt voor het eerst in de geschiedenisboeken voor in 1151 in een reisdocument van ene Gauserio, het was niet meer dan een aantal hutten van herders en boeren in een verre uithoek van het graafschap Provence en zou pas in 1713 na het verdrag van Utrecht onder Frans bestuur komen. De enige kerk van het dorpje, de Église St Nicolas de Myre, stamt ook uit die tijd en het kasteel Château des Magnans werd pas in de 19e eeuw gebouwd. De bekendste personen uit de stad zijn de gebroeders Arnaud, zij stichtten begin 19e eeuw het plaatsje Arnaudville in de Amerikaanse staat Louisiana waar enkele honderden Fransen uit Jausiers en met name Barcelonnette zich vestigden die nog steeds een Franstalige gemeenschap vormen.
Jausiers ligt in de Ubaye vallei op de plaats waar de wegen van de bergpassen Col de la Bonette (vanuit het zuiden), Col de Larche (vanuit het oosten/Italië) en Col de Vars (vanuit het noorden) samen komen, ook de Col de la Cayolle en Col d’Allos liggen binnen handbereik. Ondanks dat men er al vaak doorheen reed was het nog nooit start of finishplaats. Het nabij gelegen skistation Pra-Loup was wel twee keer decor van een aankomst bergop. In 1975 zelfs een historische etappe: de laatste dag dat Eddy Merckx ooit in het geel reed! De Kannibaal kreeg een dag eerder de beroemde tik van een Franse toeschouwer op de Puy de Dome en was op Pra-Loup duidelijk aangeslagen; hij verloor bijna 2 minuten én het maillot jeune aan de Fransman Bernard Thévenet, Merckx werd nog wel tweede die Tour maar was nooit meer de oude. In 1980 verliep het een stuk beter voor onze zuiderburen, de vroege vluchter Jos de Schoenmaecker won de etappe naar Pra-Loup. Het was de etappe waar Joop Zoetemelk bergop ten val werd gebracht door zijn eigen knecht Johan van der Velde.
Er komen geen bekende wielrenners uit deze afgelegen bergstreek.

https://i0.wp.com/www.letour.fr/PHOTOS/TDF/2008/1600/PROFIL.gif

https://i0.wp.com/www.letour.fr/PHOTOS/TDF/2008/1600/PROFILKMS.gif

Deze etappe is vergelijkbaar met de eerste rit in de Pyreneeën over de Peyresourde en Aspin: ook nu een vlakke aanloop, twee bergen in de finale en aankomst na een afdaling. Het verschil is dat de bergen nu niet van de 1e maar van de buitencategorie zijn. De lengte, maar vooral de zeer grote hoogte van deze twee Alpenreuzen zullen vermoedelijk tot een groter slagveld leiden.

Na precies 50km Italiaans vals plat en twee tussensprints doemt de Col de la Lombarde (2351m hoog, 21.5km aan 6.9% gem. en 16.8% max.) op. Het is pas de eerste keer dat ze over de pas heen rijden waarvan de top op de Frans-Italiaanse grens ligt, aan de Franse zijde ligt echter wel het skistation Isola 2000 (2010m hoog) waar ze in 1993 aankwamen. Miguel Indurain liet er de ritzege aan Tony Rominger, nadat ze samen de rest op lichte afstand hadden gereden.

Waar de Lombarde vanuit Frankrijk een zeer regelmatige klim is, is dit aan de Italiaanse zijde totaal anders. Verschrikkelijk steile stukken, vals plat en zelfs korte afdalingen, ze komen allemaal voor in de meest vreemde combinaties. Gelijk vanaf de voet is het al twee kilometer klimmen boven de 12%, hierna vlakt het iets uit tot 6.4% om gelijk weer naar de 10% te klimmen opgevolgd door een vals platte kilometer van 1.2%. Hierna komt echter een strook die zelfs in de Giro niet vaak voor komt, een kilometer van 16.8% ! De klim blijft rare kuren vertonen, want hierna is er gelijk een afdaling opgevolgd door een stuk van ruim 12%. Kilometers van 2.5%, 9.6%, 4.8%, 12.8%, het blijft maar heen en weer gaan op deze onbegrijpelijke col. De laatste 5km zijn nog het meest regelmatig, zo rond de 5% al zitten ook hier weer stukken van 8 en op het einde zelfs 9% in. De wegenbouwers moeten haast wel een grote hekel aan Frankrijk gehad hebben zodat ze de weg er naartoe met opzet zo vreemd maakten in de hoop dat niemand er overheen wilde rijden, of ze waren natuurlijk compleet stomdronken van de rum chocolaatjes uit Cuneo.
De veel logischere afdaling (21km aan 7.1%) loopt dus via Isola 2000 naar het dorp Isola in het dal, vanaf hier volgt er zo’n 15km vals plat tot de voet van de laatste gigant van de dag.

De Cime de la Bonette-Restefonds (2802m hoog, 25.5km aan 6.5% gem. en 15% max.) is het dak van de ronde waardoor de renner die als eerste de top bereikt de Souvenir Henri Desgrange krijgt. Volgens het bordje dat de Fransen op de top hebben geplaatst is de Col de la Bonette zelfs de hoogste weg van Europa, in realiteit behoort deze titel toe aan de Pico de Veleta (3367m) in de Sierra Nevada vlakbij Granada, maar dit is geen openbare weg. De Col de la Bonette is bovendien met 2715 meter ‘slechts’ de 4e bergpas van de Alpen (achter Iseran, Stelvio en Agnello), buiten de pas om is er echter een extra lusje naar de top van de berg aangelegd om de benodigde hoogtemeters te behalen. Formeel gezien mag de Cime de la Bonette zich daarom slechts de hoogste openbare, geasfalteerde, doorgaande weg van Europa noemen. En natuurlijk is het de hoogste weg waar de Tour de France ooit kwam, het is de 4e keer dat de Tour over haar absolute dak rijdt, zowel in 1962 en 1964 was de Adelaar van Toledo Federico Bahamontes als eerste boven op weg naar een bolletjestrui. De laatste keer dat men tegen deze berg opreed was in 1993 toen Robert Millar, die tegenwoordig door het leven gaat als vrouw, van de Nederlandse TVM ploeg de Souvenir Henri Desgrange greep. Ze kwamen toen wel van de (iets zwaardere) andere kant en gingen door tot Isola 2000 waar zoals gezegd Tony Rominger won voor Miguel Indurain.

De Bonette is op twee steile stroken na een veel regelmatigere beklimming dan de Lombarde, eigenlijk is de hele klim ongeveer 6% met enkele stukjes van ruim 4% en 7% wat nog vrij vloeiend in elkaar overloopt. Alleen halverwege na het dorpje le Pra wordt het steiler met kilometers van 8% en even zelfs even boven de 10% wordt de regelmaat onderbroken, op de top van de bergpas wordt er afgestoken naar het lusje langs de top voor de extra hoogtemeters, dit is dan opeens een veel smallere en steilere weg waar het stijgingspercentage richting de 15% gaat! Hier valt nog veel verschil te maken voordat de renners zich als een baksteen naar beneden kunnen laten vallen op de afsluitende afdaling.
Deze afdaling (23.5km aan 6.8%) tot in de straten van Jausiers is aan het begin en het einde niet zo steil, een procent of 5 a 6. Het lange tussenstuk is bijna continu boven de 7.5% met flinke stukken van boven de 8 en zelfs 9%. Een goede daler moet hier zeker verschil kunnen maken, zonder vlak stuk naar de finish zijn zorgen om stil te vallen ook niet nodig.

Door: Mikel Acar

Denk jij te weten wie morgen zal winnen? Bezoek dan Wedden op Sport en open een account!

Posted in Wedden Tour de France | Getagd: , , , , , , , | Leave a Comment »

Kanshebbers Etappe 15 Tour

Posted by wedden op 19/07/2008

Na een lange overgangsfase worden de Alpen eindelijk bereikt in deze bergetappe naar het Italiaanse skistation Prato Nevoso.

Embrun (Occitaans: Ambrun) is een dorp met bijna 7.000 inwoners in het departement Hautes-Alpes van de regio Provence-Alpes-Côte d’Azur, zo’n 30km ten westen van Gap en 40km ten zuiden van Briançon. Het was voor de Romeinen kwamen een kleine nederzetting van de Keltische Caturiges stam, zij noemden het Embdun wat een samentrekking is van Emb (water) en Dun (heuvel), het ligt dus inderdaad bovenop een rotsige heuvel waar aan de voet de Durance rivier langs stroomt, sinds 1961 mondt deze rivier even verderop uit op het Serre-Ponçon stuwmeer, dit meer wordt afgedamd door een enorme in 1961 bebouwde dam (124m hoog, 630m breed), is 29 vierkante kilometer groot en bevat 1.2 miljard kubieke meter water. Het wordt ook wel het grootste kunstmatige meer van Europa genoemd, er zijn echter nog veel grotere stuwmeren in met met name in Rusland en de Oekraine, maar ook Portugal, Spanje en Finland. De waterkracht centrale aan de andere kant van het meer levert maar lieft 700 miljoen kilowattuur (10% van alle waterkrachtenergie in Frankrijk).
Nadat de Kelten van Embdun overwonnen waren door de Romeinen werd het stadje omgedoopt in Eburodunum wat later dus zou verbasteren naar Embrun. Erg belangrijk was het niet, maar toch werd het in 354 de zetel van een aartsbisdom dat pas in 1793 opgeheven werd omdat het stadje simpelweg te klein was in de ogen van de revolutionaren. Het werd opgeplitst in de bisdommen van Gap en Aix-en-Provence, de 12e eeuwse kathedraal van Embrun is nu dus ‘slechts’ een kerk. Het behoorde tot 1210 tot het graafschap Provence, daarna ging het over naar de Dauphiné tot 1589 toen het direct tot de Franse kroon ging behoren, in 1692 werd het voor een groot deel verwoest bij een belegering van de Hertog van Savoie die er echter niet in slaagde om het te veroveren. Sinds het opheffen van het aartsbisdom in 1793 is het een typisch bergdorpje zonder al te veel belang, sinds het bouwen van de dam en de vorming van het Lac de Serre-Ponçon kreeg het wel een flinke impuls, ten eerste omdat twee nabije dorpjes noodgedwongen verlaten moesten worden en veel mensen naar hier verhuisten en ten tweede omdat het meer een nieuwe bron van inkomsten leverde dankzij het toerisme, het stadje heeft de bijnaam “het kleine Nice” gekregen en is met name populair bij windsurfers en sportvissers.
Bekende/belangrijke personen (buiten enkele van de aartsbischoppen) of wielrenners komen hier niet vandaan, bekendste wielrenner uit de streek is de mountainbiker Stéphane Tempie die in 2006 en 2007 nationaal kampioen bij de beloften werd en onlangs 2e op het EK. Het is pas de tweede keer dat de Tour hier komt, voor het eerst in 1973 voor een etappe naar Nice gewonnen door de Spanjaard Vicente Lopez Carril na een lange solo. Later deze Tour keert de Tourkaravaan weer terug in Embrun, ook de koninginnerit naar l’Alpe d’Huez start hier.

De aankomst buiten Frankrijk in deze Tour ligt dus in het Italiaanse skioord Prato Nevoso, gelegen in de gemeente Frabosa Sottana waar zo’n 2.000 mensen wonen. De gemeente ligt zo’n 25km ten zuidoosten van Cuneo in de gelijknamige provincie dat deel uit maakt van de regio Piemonte. De enige Tourwinnaar uit Piemonte is Fausto Coppi (1949, 1952) en het heeft ook slechts één renner in deze Tour: Gianpaolo Cheula van Barloworld.

Over de geschiedenis van Prato Nevoso kan ik kort zijn: het werd pas in 1966 gesticht door Ligurische zakenmensen die een groot skioord wilden opzetten dat dichter bij Ligurië (de kustregio met als hoofdstad Genua) lag dan de noordelijker gelegen skioorden bij Turijn zoals Sestrières of de westelijker gelegen bieden over de Franse grens. Vandaag de dag is het een compleet vakantieparadijs met 130km aan pistes, golfbanen, tennisbanen, een snowboard museum, het pretpark Pratolandia en excursies naar de grotten in de buurt, verder is het een populaire streek bij mountainbikers en staat de streek al langer bekend om haar kaas, de Raschera.
De beste renner uit de streek is Alberto Minetti (winnaar Settimana Ciclista Lombarda 1979). Het is voor het eerst dat de Tour hier komt, wel wist men de organisatie van de Giro d’Italia al tweemaal te verleiden om hier een aankomst bergop in te plannen, beide keren won de uiteindelijke winnaar van die Giro. In de 13e etappe van 1996 greep Pavel Tonkov er de macht door de rit te winnen en het roze over te nemen van een jonge Davide Rebellin. Vier jaar later was het de 18e etappe van de Giro en won Stefano Garzelli een elite sprintje, het roze zou twee dagen later in de klimtijdrit naar Sestrières opeisen.

Uitslag etappe 18 Giro d’Italia 2000
1 Stefano Garzelli (Ita) Mercatone Uno-Albacom 4.42.32 (36.73 km/h)
2 Gilberto Simoni (Ita) Lampre-Daikin
3 Francesco Casagrande (Ita) Vini Caldirola-Sidermec
4 Leonardo Piepoli (Ita) Banesto 0.02
5 Pavel Tonkov (Rus) Mapei-Quick Step

https://i0.wp.com/www.letour.fr/PHOTOS/TDF/2008/1500/PROFIL.gif
https://i0.wp.com/www.letour.fr/PHOTOS/TDF/2008/1500/PROFILKMS.gif

De etappe begint met een kort vlak stukje tot de eerste tussensprint in Guillestre na 14.5km dat op een korte strook bergop ligt, vanaf hier begint de aanloop naar de op één na hoogste berg van deze ronde: de Col Agnel (2744m hoog, 20.5km aan 6.6% gem., ruim 10% max.), op de top van deze bergpas van buitencategorie ligt de Frans-Italiaanse grens en Italië heet het dan ook de Colle dell’Agnello. Bij de volgers gaat dan gelijk een belletje rinkelen, want het is inderdaad de berg die vorig jaar (vanaf de andere kant dus, die overigens veel steiler is) in de Giro-etappe naar Briançon vooraf ging aan de Col d’Izoard en waar Leonardo Piepoli het veld al reduceerde tot een man of zes waarvan Danilo di Luca uiteindelijk de beste bleek. Het is na de Stelvio de hoogste bergpas van Italië. In de Tour werd de berg nog niet eerder beklommen.
Hoewel de officiële lengte 20.5km bedraagt is het eigenlijk twee keer die afstand klimmen, de Tour organisatie neemt de eerste 20km van een procent of 2 a 3, maar ook een stukje 7%, niet mee. De klim start volgens de Tour dus even voorbij Queiras met gelijk een korte, maar zeer steile strook van ruim 10%. Hierna blijft het een kilometer of zes zeer onregelmatig klimmen met vals platte en zeer steile stroken, maar overwegend ligt het stijgingspercentage iets boven de 7%. Op 13km van de top volgt een makkelijk tussenstuk van 5km met percentages rond de 4%. De laatste 8km zijn dan weer net als het begin zeer onregelmatig steil, overwegend is het klimmen aan 8 a 9% maar er zitten ook stukjes van 4% en boven de 10% tussen. Kortom, het is een ontzettend lange en onregelmatige klim.
Profiel Col Angel

In tegenstelling tot de Giro etappe van vorig jaar hoeven we nog niet al te veel spektakel te verwachten op deze Alpenreus, hij wordt namelijk opgevolgd door een afdaling van zo’n 60km en een ongeveer even lange zo goed als vlakke aanloop naar de slotklim, al ligt er op zes kilometer van de voet nog wel een 3e categorie bergje, de 710 meter hoge Colle del Morte doet zijn naam niet echt eer aan met 7.2% over 1.7km.

De slotklim naar Prato Nevoso (1440m hoog, 11.4km aan 6.9% gem. en x.x% max.) is ‘slechts’ de 1e categorie toegewezen, met name vanwege de beperkte hoogte. Voor Italiaanse begrippen is ook niet echt een hele steile berg, maar vergeleken bij de gemiddelde aankomst bergop in de Tour valt het reuze mee. Het is ook, in tegenstelling tot de Agnel, een zeer regelmatige klim. Na een wat makkelijke eerste 2km van +-5% blijft het eigenlijk aan de top aan 7 a 8% stijgen, enkel de laatste 400 meter zijn vlak, althans volgens het kaartje van de ASO (zie hierboven), volgens de verschillende “profielensites” is er geen sprake van een vlak stuk (zie hieronder). Overigens is de aankomst in het dorp en niet op de absolute top die nog wat hoger ligt.

Zoals gezegd werd deze berg nog niet in de Tour, maar wel twee keer in de Giro beklommen. Nadat Pavel Tonkov (1996) en Stefano Garzelli (2000) al bewezen dat winnaars hier ook een grote ronde kunnen winnen is het natuurlijk de vraag of dat ook in de Tour de France gebeurd. Voor de tifosi valt het te hopen dat een landgenoot boven zichzelf kan uitstijgen om de Italianen van Saunier Duval kunnen doen vergeten. Misschien kan een Damiano Cunego of Vincenzo Nibali de Italiaanse harten sneller doen kloppen zoals Claudio Chiappucci dat ooit op die legendarische dag naar Sestrières deed.
Door: Mikel Acar /
Bron: Wedden op Sport

Posted in Wedden Tour de France | Getagd: , , , , , , , , , | Leave a Comment »

Kanshebbers Etappe 14

Posted by wedden op 18/07/2008

Etappe 14: Nîmes – Digne-les-Bains (194.5km)

De laatste overgangsrit voordat de Alpen bereikt worden is op papier een stuk interessanter dan de vorige twee, start op bijna zeeniveau en aankomst aan de voet van het hooggebergte.

De start ligt in Nîmes waar ze in de vorige rit nog aankwamen, voor meer info over deze Romeinse stad verwijs ik dus door naar de voorbeschouwing van etappe 13.

De Tourkaravaan doet in deze etappe weer een nieuwe regio aan: Provence-Alpes-Côte d’Azur (Provençaals: Provença-Aups-Còsta d’Azur), een hele mond vol waardoor het ook wel afgekort wordt naar Paca of simpelweg de Provence genoemd wordt. Met zo’n 4.5 miljoen inwoners is het de 3e regio van Frankrijk. De hoofdstad is Marseille (820.000), andere steden met meer dan 100.000 inwoners zijn Nice (350.000), Toulon (170.000), Aix-en-Provence (140.000), kleiner maar wel zeer bekend zijn Avignon (90.000) en Cannes (70.000). Paca is de meest zuidoostelijke van het Franse vasteland en grenst aan Italië, bovendien wordt het dwergstaatje Monaco volledig omsloten.
Er wordt een dialect van het Occitaans gesproken, het Provençaals, en bestaat uit zeer veel historische gebieden zoals het voormalige graafschap Provence, de (tot 1791) pauselijke staat rondom Avignon waar de pausen zelfs enige tijd zetelden en het graafschap Nice dat tot het hertogdom Savoye behoorde en daarmee werd opgenomen in het koninkrijk Sardinië dat het in 1861 zou afstaan aan Frankrijk in ruil voor Franse erkenning van het nieuwe verenigde Italië. De kuststrook van dit gebied wordt ook de Côte d’Azur genoemd, oftewel de Franse riviera, dat natuurlijk bekend staat om de vele mondaine badplaatsen die het één van de rijkste toeristische gebieden ter wereld maakt. Lucien Aimar (1966) is de enige Tourwinnaar uit de regio die 3 renners in deze Tour aan de start in Brest had: Aurélien Passeron (Saunier Duval), Rémy Di Gregorio (Francaise des Jeux) en Rémi Pauriol (Credit Agricole).

Finishplaats Digne-les-Bains (Dinha in het Provençaals) heeft zo’n 17.000 inwoners en is daarmee na Manosque de grootste stad van het departement Alpes de Haute-Provence. Het ligt ongeveer 100km ten noordenwesten van Nice, beide steden zijn verbonden via de ‘Chemins de fer de Provence’, één van de laatste spoorverbindingen in Frankrijk die niet onder het beheer van het RFF (Franse equivalent van ProRail) valt. De stad ligt in een nauwe vallei omsingeld door het middengebergte dat hier honderden meters boven de stad uitstijgt, de enige uitwegen buiten het ‘open’ zuidwesten zijn de valleien van de rivieren la Bléone, le Mardaric en les Eaux-Chaudes die hier samen komen. Het is gesticht door de Gallische Bodiontici stam en de Romeinen veroverden het in 14 v.C. en noemden het Dinia. Het is altijd een rustig bergstadje geweest in het graafschap en later de provincie Provence zonder een al te grote rol in de geschiedenis. Wel waren de bisschoppen van Digne hier gezeteld, zij lieten de Cathédrale Notre-Dame-du-Bourg de Digne bouwen in de 9e eeuw, deze is in de 13e eeuw volledig herbouwd. De roman “Les Misérables” van Victor Hugo zich gedeeltelijk af in het rustige bergstadje dat het nog altijd vooral moet hebben van de warme waterbronnen waardoor het een kuuroord van enige betekenis is, ook groeien er op de weides in de omgeving verschillende lavendelsoorten in het wild waardoor de stad zichzelf de hoofdstad noemt van deze paarse plant met de welbekende geur. De bekendste zoon van Digne was de filosoof en astronoom Pierre Gassendi, hij legde de als eerste de baan van de planeet Mercurius vast in 1631. Het kunst en natuurmuseum van de stad zijn naar hem vernoemd, evenals een krater op de maan. Ook de ex-voetballer Alain Boghossian (wereldkampioen met Frankrijk in 1998, 26 caps/2 goals. Speelde bij oa. Marseille, Napoli, Samdoria en Parma) komt hier vandaan.

Jean Milesi (ritwinnaar Tour de Romandie 1965) komt uit de stad en is de enige bekende renner uit de streek.
Het is de 12e keer dat Digne-les-Bains in het rondeboek staat als aankomstplaats, de vorige elf aankomsten leverden allemaal een zege op voor een Fransman op één na: in 1969 won Eddy Merckx hier voor het eerst een tijdrit in de Tour die hij ook zou winnen. De eerste winnaar was Georges Speicher in 1933, 72 jaar later kwam er een Fransman op de Franse feestdag solo over de streep: David Moncoutié.

https://i0.wp.com/www.letour.fr/PHOTOS/TDF/2008/1400/PROFIL.gif
https://i0.wp.com/www.letour.fr/PHOTOS/TDF/2008/1400/PROFILKMS.gif

Zoals duidelijk te zien is op het profieltje trekt de Tourkaravaan in deze etappe van de kuststreek naar het middengebergte, desondanks valt het kwa klimwerk nog redelijk mee in deze etappe door de Provence.

Slechts twee klimmetjes van de 4e categorie onderbreken deze rit waar het verder eigenlijk bijna de hele dag vals plat omhoog loopt. De eerste 20 a 30km zijn de enige vlakke van de rit en worden afgesloten door een tussensprintje, het peloton is op dat moment niet ver verwijderd van de Mont Ventoux die ze letterlijk links laten liggen.
Na bijna 100 km vals plat en zo’n 400 hoogtemeters overwonnen te hebben wordt het eerste klimmetje van de dag genomen, de Côte de Mane (490m hoog, 1.1km aan 4.6%).
Na de afdaling van zo’n 15km ligt nog een tussensprintje te wachten, vanaf hier is het continu licht bergop met als afsluiter de Col de l’Orme (734m hoog, 2.4km aan 4.9%). Niet schokkend, maar met de lange vals platte strook ervoor zal het zeker pijn doen bij de mindere klimmers terwijl op 9km van de streep een ideale springplank vormt voor aanvallers die een sprintje willen ontlopen.

Door Mikel Acar / Wedden.wordpress.com

Posted in Wedden Tour de France | Getagd: , , , , , , , , , | Leave a Comment »